Programma Buitengebied
Vanaf 1 januari 2024 is er een nieuwe wet: de Omgevingswet. Door deze wet worden alle huidige bestemmingsplannen vanaf dat moment onderdeel van het zogenaamde tijdelijke omgevingsplan. Het omgevingsplan is een nieuw instrument dat onder andere het bestemmingsplan vervangt. Het omgevingsplan geeft de juridische regels waaraan veranderingen in het ruimtegebruik moeten voldoen. Tot en met 2031 hebben wij de tijd om voor de gehele gemeente één nieuw omgevingsplan te ontwikkelen. We zullen dit nieuwe omgevingsplan niet in één keer opstellen. Ons gebied is hiervoor te groot en de juridische uitwerking te ingewikkeld. Daarom maken we het omgevingsplan stapsgewijs, gebied voor gebied.
Het programma
Het buitengebied van Heerenveen is een van de eerste deelgebieden die we oppakken. We beginnen alleen niet meteen met het opstellen van het omgevingsplan voor dit deelgebied. We maken eerst een tussenstap: het programma buitengebied. Hierin bepalen we welke regels in het Omgevingsplan moeten gelden.
Met dit programma werken we de omgevingsvisie verder uit. De gemeenteraad stelde de omgevingsvisie, die de hoofdlijnen voor het ruimtelijk beleid aangeeft, op 8 juli 2021 vast. Deze visie is een belangrijk kader voor ons. De belangrijkste punten van de omgevingsvisie werken we uit in het programma. Zo weten we straks beter wat we moeten regelen in het omgevingsplan. Het programma is dus een belangrijke schakel tussen de omgevingsvisie en het omgevingsplan.
Het MER
Bij het maken van het programma zorgen we ook voor een milieueffectrapport. Dit rapport noemen we het MER. Voor dit MER werken we samen met het bureau ‘Witteveen en Bos’. Het MER laat ons zien welke invloed bepaalde keuzes hebben op bijvoorbeeld het milieu, gezondheid en veiligheid. Met de informatie uit het MER kunnen we beter keuzes maken voor het programma buitengebied. Zo zorgen we voor bescherming én ontwikkeling van het buitengebied.
Participatie
Het is voor ons belangrijk, dat het programma past bij wat de inwoners van de gemeente Heerenveen belangrijk vinden. Daarom betrekken we de inwoners bij het maken van het programma en het MER door middel van participatiemomenten.
Meer weten?
Hieronder ziet u tegels met meer informatie over elk onderwerp.
Het programma is een instrument van de Omgevingswet. Een belangrijk punt is dat niet de gemeenteraad, maar het college van burgemeester en wethouders het programma vaststelt.
De Omgevingswet zegt dat een programma laat zien wat het beleid is voor dingen als ontwikkeling, gebruik, beheer, bescherming en behoud van de leefomgeving. De wet zegt niet precies hoe zo’n programma eruit moet zien en wat erin moet staan.
Het programma geldt alleen de overheid die het heeft vastgesteld. In ons geval is dat het college van burgemeester en wethouders. Dit betekent dat inwoners en organisaties geen rechten kunnen halen uit dit programma. Ze kunnen er ook niet tegen in beroep gaan bij de rechter. Wel kunnen mensen invloed hebben via participatie. Ook is het mogelijk om opmerkingen te maken over het voorlopige programma.
Hoewel het programma bedoeld is voor de overheid zelf, betekent het niet dat het college zomaar kan doen wat het wil. Ze moeten zich houden aan wat er in het programma staat. Alleen met goede redenen kan het college iets anders besluiten.
Voor meer informatie over hoe u kunt meedenken, kijk onder het kopje ‘participatie’.
Voor het programma buitengebied voeren we een milieueffectrapportage (m.e.r.) uit en maken we een Milieueffectrapport (MER). De milieueffectrapportage (de procedure) korten we af als m.e.r. Het milieueffectrapport (het product) korten we af als MER.
Wat is een MER?
Het hoofddoel van de milieueffectrapportage is om het milieu een centrale rol te geven in de besluitvorming van plannen en projecten. Het zorgt ook voor duidelijkheid in hoe beslissingen worden genomen en helpt bij het betrekken van mensen bij deze beslissingen. Dit kan gaan over duidelijke projecten, zoals het bouwen van wegen, energiecentrales, bedrijventerreinen of plekken voor windturbines. En het kan ook gaan over het bekijken van milieueffecten bij het maken van beleid.
In ons geval gaat het over het maken van een programma met uitwerking van beleid voor het buitengebied. Zo’n milieueffectrapportage voor programma heet een plan-m.e.r. Voor ons programma maken we dus zo’n plan-m.e.r.
Hoe werkt de m.e.r.-procedure
Elke m.e.r.-procedure hoort bij een hoofdprocedure, die we ook wel ‘moederprocedure’ noemen. Voor ons is die moederprocedure het vaststellen van het programma voor het buitengebied door het college. De procedure voor het programma buitengebied staat hieronder beschreven. Het bestuursorgaan dat beslissingen mag nemen voor de moederprocedure, mag dat ook voor de m.e.r.-procedure. Volgens de Omgevingswet mogen alleen het college van burgemeester en wethouders een programma vaststellen, en niet de gemeenteraad. Daarom zijn zij ook verantwoordelijk voor de m.e.r.-procedure.
De onderstaande procedure is gebaseerd op de Omgevingswet.
3) Dit is deels planafhankelijk. Te denken valt aan partijen als het Wetterskip, de provincie of een ministerie. De wettelijke adviseurs zijn de minister van Infrastructuur en Waterstaat (IenW), minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). Of in plaats daarvan een aangewezen bestuursorgaan, zoals de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.
Stappen procedure
Een m.e.r.-procedure bestaat uit verschillende stappen. Hieronder noemen we ze eerst op en leggen we ze daarna uit:
- Opstellen van de Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD);
- De NRD ter inzage leggen en daarnaast vaststellen;
- Het MER opstellen en de resultaten verwerken in het programma;
- Het MER ter inzage leggen, tegelijk met het ontwerp-programma;
- Zienswijzen verwerken in het MER en het programma
Opstellen van de Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD)?
De NRD legt uit wat we precies gaan onderzoeken in het rapport over de effecten op het milieu, dat we het MER noemen. De NRD is een belangrijke eerste stap in de m.e.r.-proces. Wanneer we de NRD aan iedereen laten zien, beginnen we het hele m.e.r.-proces.
In de NRD staat:
- Waarom we dit plan maken;
- Welke verschillende ideeën (alternatieven) we gaan bekijken;
- Welke dingen over het milieu we belangrijk vinden om te onderzoeken;
- Hoe we dat onderzoek gaan doen.
Met de NRD willen we iedereen laten weten wat we gaan doen met het programma voor het buitengebied.
NRD ter inzage leggen en vaststellen
Het college laat de NRD aan iedereen zien. Dit heet ‘ter inzage leggen’. Dan kunnen mensen laten weten wat ze ervan vinden. Dit noemen we ‘zienswijzen’. We laten de NRD ook zien aan adviseurs en andere bestuursorganen. Dit moet volgens de Omgevingswet. We vragen ook de Commissie voor de milieueffectrapportage om advies. Dit is een onafhankelijke, landelijke Commissie die de kwaliteit van m.e.r. bewaakt.
Voordat we het MER maken, beslist het college wat erin moet staan. Ze kijken dan naar de NRD, naar wat mensen hebben gezegd, en naar het advies van de Commissie m.e.r.
MER opstellen en de resultaten verwerken in het programma
Het gemeentelijke team van het programma en de mensen die het MER maken, bedenken samen mogelijkheden voor het programma. Ze doen dat doen samen zodat de keuzes goed passen bij wat het college later beslist.
De mensen die het MER maken, kijken wat de gevolgen zijn van deze mogelijkheden. Ze delen deze gevolgen met het team van het programma. Het team kiest dan de beste mogelijkheid, niet alleen op basis van het milieu, maar ook door naar dingen te kijken zoals kosten en belangen voor de gemeente.
De mensen die het MER maken beschrijven daarna wat de gevolgen zijn voor het milieu van deze beste keuze. In het MER vertellen ze ook over de geldende regels van andere overheden, de bedachte mogelijkheden, de gevolgen daarvan, en de beste keuze met de gevolgen daarvan.
Op basis van deze informatie maakt het team van het programma het ontwerp-programma af. Ze leggen daarin ook uit hoe ze met de informatie uit het MER zijn omgegaan.
MER en ontwerp-programma ter inzage leggen
Het college van burgemeester en wethouders legt het MER tegelijk met het ontwerp-programma ter inzage. Beiden stukken liggen klaar zodat iedereen ze kan bekijken.
- Wat kunt u doen? U mag zeggen wat u van het MER en het ontwerp-programma vindt;
- Ook vragen we advies aan adviseurs en bestuursorganen. Zij kijken naar het MER en het ontwerp-programma;
- Er is een speciale commissie, de Commissie voor de m.e.r. Zij kijken alleen naar de kwaliteit van het MER.
Reactie op opmerkingen en het Advies van de Commissie voor de m.e.r.
Het team dat aan het programma werkt, geeft het college advies over de ingediende zienswijzen (opmerkingen) en over het advies van de Commissie voor de m.e.r. Ze maken ook een voorstel voor de uiteindelijke versie van het programma en het MER. Er komt alleen een nieuwe versie van het MER als er belangrijke informatie mist. Als u een opmerking (zienswijze) hebt ingediend, krijgt u een brief van het college. In deze brieft staat óf en hoe uw opmerking (zienswijze) is meegenomen.
De Commissie m.e.r.
De Commissie voor de milieueffectrapportage is een onafhankelijke groep die overheden advies geeft over milieueffectrapporten. Deze Commissie maakt zelf geen milieueffectrapporten. Dat doet degene die het project of plan start (initiatiefnemer). Ook beslist de Commissie niet over een project of plan. Die beslissing neemt de overheidsinstantie die daarvoor is.
Voor ieder adviestraject stelt de Commissie een werkgroep van onafhankelijke deskundigen samen.
Aan het begin van de m.e.r.-procedure kan de Commissie, als de overheidsinstantie dat vraagt, advies geven over de Notitie reikwijdte en detailniveau (NRD). Wij hebben de Commissie om dit advies gevraagd, vooral omdat programma’s onder de Omgevingswet nieuw zijn.
Als het MER klaar is, geeft de Commissie een toetsingsadvies (over de kwaliteit ervan). Ze kijken of het rapport alle nodige informatie heeft om goed te beslissen over het milieu. De overheidsinstantie gebruikt dit advies bij de beslissing over het project of plan.
Wilt u meer weten over de Commissie m.e.r.? Klik op deze link
Wie zijn de initiatiefnemer en het bevoegd gezag?
Wanneer we een MER maken, zijn er altijd twee belangrijke partijen: de ‘initiatiefnemer’ en het ‘bevoegd gezag’.
- Initiatiefnemer: Dit is de persoon of groep die een plan of project wil beginnen dat effect heeft op onze omgeving. Een voorbeeld hiervan is iemand die windturbines wil plaatsen, een waterschap dat een dijk wil versterken, of de provincie die een provinciale weg breder wil maken. Voor ons gaat het om plannen voor de toekomst van het buitengebied in de gemeente Heerenveen. De initiatiefnemer zorgt voor het milieueffectrapport. Dit kunnen ze zelf doen of laten doen door een adviesbureau.
- Bevoegd gezag: Dit is de overheidsinstantie die uiteindelijk beslist over het plan. Vaak is dit de gemeenteraad, Provinciale Staten of een minister.
Hoe gaat dit bij het programma Buitengebied?
Voor ons programma is het college het ‘bevoegd gezag’. Dit staat zo in de Omgevingswet. Maar we willen niet dat het college beide rollen heeft. Daarom is een leidinggevende ambtenaar de initiatiefnemer voor het programma Buitengebied.
Als projecten mogelijk slechte invloed hebben op een Natura 2000-gebied, of als we niet zeker weten of ze dat hebben, moet er een speciale beoordeling komen. Dit heet een passende beoordeling. Deze beoordeling zorgt ervoor dat we zeker weten dat de natuur in het Natura 2000-gebied niet wordt aangetast.
In Heerenveen, zoals De Deelen, en om Heerenveen zoals Sneekermeergebied, Van Oordt’s Mersken, Alde Feanen zijn er verschillende Natura-2000 gebieden. We denken dat ons programma mogelijk invloed heeft op deze natuurgebieden. Bijvoorbeeld door veranderingen in landbouwbedrijven of ontwikkeling van recreatie en mogelijkheden voor nieuwe woon- en agrarische erven. Daarom moeten we deze speciale beoordeling maken. Deze beoordeling komt ook in het MER te staan.
We hebben het plangebied vastgesteld op basis van de deelgebieden die in de omgevingsvisie staan. In deze visie zijn de deelgebieden van het buitengebied verder opgesplitst in gebieden die gebaseerd zijn op het soort landschap:
- Veenweidegebied;
- Beekdal van de Boorne en de Dracht;
- De Deelen;
- Veenpolders;
- Hoogveenontginning;
- Woudontginning;
- Beekdal Tjonger;
- Heideontginningen
Deze deelgebieden samen maken het plangebied. Op de kaart hieronder kunt u het plangebied zien. De verschillende deelgebieden zijn te herkennen aan hun nummers en kleuren. In grote lijnen omvat het buitengebied bijna heel het grondgebied van de gemeente, behalve de bebouwde kernen, bedrijventerreinen en het landgoederenlandschap rond Oranjewoud in het zuidwesten. Ook het natuur- en recreatiegebied De Heide, gelegen aan de zuidwestzijde van Heereveen, hoort er niet bij.
Hieronder vindt u een overzicht van onze geplande stappen. We zijn nu en gedurende heel 2024 bezig met het voorbereiden van de verschillende documenten. Zo kan het college in de loop van 2025 het ‘programma buitengebied’ vaststellen. Als er iets verandert in deze planning, werken we dat op deze pagina bij.
4e kwartaal 2023
- NRD opstarten en voorbereiden
- Referentiesituatie en alternatieven uitwerken
- Organiseren informatie- en participatiebijeenkomsten
1e kwartaal 2024
- Organiseren informatiebijeenkomsten
- Uitwerken NRD
2e kwartaal 2024
- Advies Commissie MER over NRD uitbrengen (Advies commissie MER (PDF 1002 kB))
- Zienswijzen over NRD verwerken (Nota van Antwoord (PDF 507 kB))
- Opzet programma buitengebied voorbereiden
3e kwartaal 2024
- NRD vaststellen door college van B&W (16 juli 2024)
- Aan de eerste opzet MER werken
- Passende beoordeling Natura-2000 gebieden voorbereiden
- Effecten van alternatieven onderzoeken
- Passende beoordeling verder uitwerken
- Conceptprogramma buitengebied nader uitwerken
1e kwartaal 2025
- Voorkeursalternatief uitwerken en onderbouwen
- Effecten voorkeursalternatief uitwerken
- College en Raad consulteren
- MER afronden
- Passende beoordeling afronden
- Concept programma afronden
2e kwartaal 2025
- Ontwerp-programma buitengebied afronden
- Ontwerp-programma en MER ter inzage
- Advies uitbrengen Commissie MER
- Zienswijzen over ontwerp-programma en MER verwerken
2e óf 3e kwartaal 2025
- Programma buitengebied in college van B&W vaststellen
Uw mening is voor ons belangrijk tijdens het hele proces. Daarom zorgen we ervoor dat u goed geïnformeerd bent en dat u mee kunt denken.
Hieronder geven we een kort overzicht van de planning van het proces. We beginnen en eindigen met een informatiebijeenkomst. Daartussenin houden we een aantal interactieve werksessies. Deze sessies zijn met ketenpartners, (Friese) belangenorganisaties en mensen die direct in of bij het plangebied wonen.
In het overzicht ziet u ook wanneer u officieel een reactie, of ‘zienswijze’ kunt geven. We zullen u laten weten wanneer we documenten beschikbaar maken voor inzage. Hoewel het geven van een zienswijze niet echt ‘meedoen’ is, is het wel een kans om uw mening te geven. Wanneer documenten klaar zijn voor inzage, publiceren wij dat op de gebruikelijke wijze via het huis-aan-huis-blad De Heerenveense Courant.
4e kwartaal 2023
Informatiebijeenkomst over het project en het proces, voor belangstellenden (21 november 2023). Download de Presentatie informatieavond 21 november 2023 – Introductie Programma buitengebied (PDF 2 MB) en de Presentatie informatieavond 21 november 2023 – Introductie MER (PDF 1 MB).
Werksessie 1 over alternatieven in het NRD met:
- Ketenpartners & algemene (Friese) belangenorganisaties, en inwoners/gebruikers & lokale belangenorganisaties plangebied.
Deze fase is afgerond. De presentaties, verslagen/impressies van verschillende bijeenkomsten vindt u onder de tegel downloads.
2e kwartaal 2024
NRD ter inzage:
Mogelijkheid om hierover uw zienswijze in te dienen.
Deze fase is afgerond. De zienswijzen en de reactie van ons college leest u in de Nota van Antwoord NRD Programma Buitengebied (PDF 507 kB).
4e kwartaal 2024
Werksessie 2 over effecten en maatregelen met:
- Ketenpartners & algemene (Friese) belangenorganisaties, en
- inwoners/gebruikers & lokale belangenorganisaties plangebied.
1e kwartaal 2024
Onder voorbehoud:
Werksessie over conceptprogramma buitengebied met:
- Ketenpartners & algemene (Friese) belangenorganisaties, en
- inwoners/gebruikers & lokale belangenorganisaties plangebied.
2e kwartaal 2025
Informatiebijeenkomst: voor belangstellenden.
- Ontwerp-programma buitengebied en MER ter inzage:
- mogelijkheid om hierover uw zienswijze in te dienen.
Voorbereiding
Fase 1
Informatieavond 21 november 2023
- Presentatie informatieavond 21 november 2023 – Introductie Programma buitengebied (PDF 2 MB)
- Presentatie informatieavond 21 november 2023 – Introductie MER (PDF 1 MB)
- Impressie informatieavond inwoners 21 november 2023 (PDF 420 kB)
Werksessie ketenpartners 23 november 2023
- Presentatie programma buitengebied ketenpartners 23 november 2023 (PDF 578 kB)
- Presentatie MER ketenpartners 23 november 2023 (PDF 820 kB)
- Impressie werksessie ketenpartners 23 november 2023 (PDF 881 kB)
Werksessie samenleving 19 december 2023
- Presentatie programma buitengebied samenleving 19 december 2023 (PDF 753 kB)
- Presentatie MER werksessie 1 samenleving 19 december 2023 (PDF 805 kB)
- Impressie werksessie samenleving 19 december 2023 (PDF 374 kB)
Informatieavond plaatselijke belangen 17 januari 2023
- Impressie informatieavond plaatselijke belangen 17 januari 2024 (PDF 180 kB)
- Presentatie informatieavond dorpsbelangen 17 januari 2024 – Introductie MER (PDF 2 MB)
- Presentatie informatieavond dorpsbelangen 17 januari 2024 – Introductie Programma buitengebied (PDF 2 MB)
Raadsinformatiebrief 1 (PDF 949 kB) (29 februari 2024)
Concept-Notitie Reikwijdte en Detailniveau
- Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD) programma buitengebied Heerenveen (PDF 2 MB) (ter inzage van 9 maart – 18 april 2024)
Raadsinformatiebrief 2 (PDF 962 kB) (25 juli 2024)
Advies commissie MER (PDF 1002 kB) (20 juni 2024)
Nota van Antwoord (PDF 507 kB) (16 juli 2024)
Fase 2
Fase 1 is afgerond. De stukken voor Fase 2 volgen de komende maanden hieronder.